Verzekeraar noemt brand te snel fraude

adddmin Nieuws

Schade-experts van verzekeraars merken branden te snel aan als verdacht. Ook werken zij te innig samen met de politie. Daardoor krijgen verzekerden geen geld of moeten zij daar maanden lang op wachten.

Bij brand is de politie niet de enige die kijkt of er opzet in het spel is. Ook de verzekeraar doet onderzoek als het pand is verzekerd. In praktijk beschuldigen verzekeraars hun polishouders snel van brandstichting, zegt schadecoach Eric Horssius van Krantz & Polak Resolve. Hij helpt gedupeerden het geld te krijgen waar ze recht op hebben. ,,Zeker bij grote schades doen verzekeraars moeilijk. Met brandstichting op tafel is de kans op een schikking en dus een lagere uitkering een stuk groter.”

Verzekeringsadvocaat Jasper Backx zegt dat zijn kantoor tientallen zaken behandelt waarin dit het geval is. ,,Vooral consumenten en kleine bedrijven zijn de dupe.” Contra-expert Anton Coolen van Coolen Expertise heeft dezelfde ervaring. ,,Dit gebeurt meer dan regelmatig.”

Brandonderzoek gebeurt niet objectief, zegt hij. Grote onderzoeksbureaus zijn tegenwoordig vaak van de maatschappijen zelf. ,,En een bureau dat voor 100 procent van de verzekeraar is, is per definitie niet onafhankelijk,”
Exacte cijfers zijn moeilijk te geven. Jaarlijks zijn er tussen de 45 en 55 duizend branden, blijkt uit cijfers van verzekeraars. Rond de tienduizend daarvan zijn aangestoken. De totale schade loopt in de honderden miljoenen euro’s. Verzekeraars zeggen dat in 1 op de 100 brandschades sprake is van fraude door verzekerde. ,,Maar dan betreft het alle schades. Vooral bij grote schades doen verzekeraars moeilijk.”

Groot probleem is de continue samenwerking tussen verzekeringsexperts en de politie, constateert brandonderzoeker Peter Reijman. ,,Verzekeringsonderzoekers zijn vrijwel altijd oud-rechercheurs. Men kent elkaar, het is oude jongens krentenbrood. Het risico op beïnvloeding is dan levensgroot.”
Volgens Backx en Horssius moeten politie en verzekeraars hun onderzoek strikt gescheiden doen. ,,De politie mag niet samenwerken met burgers, het is vervuiling van bewijs,” stelt Horssius. ,,Als de verzekeraar op nieuw bewijs stuit, kan hij de rechter commissaris vragen het onderzoek te heropenen. Nu wordt in achterkamertjes informeel informatie uitgewisseld.” Daar komt bij dat oud-rechercheurs gewend zijn strafbare feiten te zoeken, zegt advocaat Backx. ,,Daardoor werken ze vaak niet objectief, maar resultaatsgericht en met de polisvoorwaarden in de hand.”

Beiden hebben scherpe kritiek op een afgelopen november tussen het Verbond van Verzekeraars en de Limburgse politie afgesloten convenant. Om fraude beter te bestrijden spraken beiden partijen af meer informatie uit te wisselen. ,,Deze afspraak is van de zotte.”

Het Verbond van Verzekeraars ziet geen gevaar in de samenwerking met politie. ,,Het gaat ons het bestrijden van verzekeringsfraude, zegt woordvoerder Jan-Willem Wits. ,,Dat kost ons miljoenen per jaar. In zoverre is er inderdaad sprake van belangenverstrengeling.” Hij ontkent dat verzekeraars schades te gemakkelijk afwijzen. ,,Als dat zo is, zou de politie echt geen informatie meer met ons delen.” Het convenant, dat over twee jaar wordt geevalueerd, is juist bedoeld om alles duidelijk te communiceren. ,,We doen het in alle openbaarheid, iedereen mag het inzien. Straks weten we of het heeft gewerkt.”

Klachtenprocedure

Volgens Wits kunnen gedupeerde consumenten bovendien klagen bij het Klachteninstituut Financiele Dienstverlening (Kifid) en het Nivre. Dan is er nog een gang naar de rechter mogelijk. Volgens Backx staat het Kifid echter alleen open voor consumenten. ,,Bedrijven en kleine zelfstandigen kunnen nergens terecht met een klacht.”
Het Nederlands Instituut van Register Experts (NIVRE) vindt het niet uitmaken dat onderzoeks- en (contra)expertise-bureaus niet onafhankelijk zijn. ,,Belangrijker is dat onderzoek zorgvuldig gebeurt,” zegt Gerard Böttcher. Mocht een consument zich benadeeld voelen, kan hij een klacht indienen. ,,Wij hebben een uitgebreide klachtenprocedure.”

© Algemeen Dagblad/©David Bremmer